Prijs voor Meesterschap

De Prijs voor Meesterschap is een vijfjaarlijkse prijs die afwisselend wordt toegekend aan een historicus (geschied- en oudheidkunde), een schrijver (schone letteren) en een taal/letterkundige voor in de loop van de tijd bewezen meesterschap. De prijs werd in 1920 ingesteld door de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.

Gelauwerden

  • 2019: Ilja M. Veldman voor haar gehele wetenschappelijke oeuvre
  • 2014: Roland Willemyns voor zijn gehele wetenschappelijke oeuvre
  • 2009: Gerrit Kouwenaar voor zijn gehele oeuvre
  • 2004: Ivo Schöffer voor zijn gehele wetenschappelijke oeuvre
  • 1999: Wim Gerritsen voor zijn gehele wetenschappelijke oeuvre
  • 1994: Hugo Claus voor zijn gehele oeuvre
  • 1989: Ernst Heinrich Kossmann voor zijn gehele wetenschappelijke oeuvre
  • 1984: C.C. de Bruin voor zijn gehele wetenschappelijke oeuvre
  • 1979: Ida Gerhardt voor haar gehele oeuvre
  • 1974: B.H. Slicher van Bath voor studies op het gebied van de geschiedenis
  • 1969: Maurits Gysseling voor studies op het gebied van de taalkunde
  • 1964: Simon Vestdijk voor zijn gehele oeuvre
  • 1959: François Louis Ganshof voor studies op het gebied van de geschied- en oudheidkunde
  • 1954: Moritz Schönfeld voor studies op het gebied van de taalkunde
  • 1950: Jan Steffen Bartstra voor studies op het gebied van de geschiedenis
  • 1939: Wobbe de Vries voor studies op het gebied van de taalkunde
  • 1934: Henriette Roland Holst voor haar gehele oeuvre
  • 1931: A.E. van Giffen voor De Hunebedden in Nederland en Die Bauart der Einzelgräber
  • 1925: P.C. Boutens voor Zomerwolken
  • 1921: Jacobus van Looy voor Jaapje

Externe link

  • Prijzen van de Maatschappij Nederlandse Letterkunde